Waarom maak je je zoveel zorgen?
26 september 2022Het gevoel om veel te ‘moeten’.
24 november 2022 Kan je iemand wel verbaal kwetsen?
Ben jij snel op je teentjes getrapt?
Of ken je het dat je het zo moeilijk vindt om te weten wat je kan zeggen
omdat je de andere niet wilt kwetsen?
Iemand op het werk zegt: ‚jij kent er toch ook niks van’ of een vriendin zegt iets wat je niet leuk vindt over jou of over je kinderen, ben je dan gekwetst? Waarschijnlijk denk jij nu: ‚dat is heel afhankelijk van wat ze zeggen’ en inderdaad, dit kan voor iedereen verschillen.
De vraag is of je mensen verbaal kan kwetsen. Op het eerste zicht zou je onmiddellijk ‚ja’ op deze vraag antwoorden. Toch is hier een belangrijke nuance op zijn plaats.
Stel dat jij mij zou willen kwetsen, dan heb ik wel nog steeds in de hand of jou dat lukt of niet. Maw, je kan enkel iemand kwetsen als deze persoon zich laat kwetsen.
En waarvan is dat kwetsen dan afhankelijk? Als ik jou zou zeggen dat je een eekhoorn bent, dan zou je je waarschijnlijk niet gekwetst voelen. Je bent geen eekhoorn en dit associëren de meeste mensen met een lief beestje. Als ik je zou zeggen dat je een slet bent, dan is er meer kans dat je je gekwetst voelt. Nochtans weet je ook dat je geen slet bent. Wat is dan het verschil met eekhoorn? Inderdaad, enkel jouw interpretatie van het woord ‚eekhoorn’ of ‚slet’ zorgt ervoor dat je jezelf laat kwetsen.
De vraag is of je mensen verbaal kan kwetsen. Op het eerste zicht zou je onmiddellijk ‚ja’ op deze vraag antwoorden. Toch is hier een belangrijke nuance op zijn plaats.
Stel dat jij mij zou willen kwetsen, dan heb ik wel nog steeds in de hand of jou dat lukt of niet. Maw, je kan enkel iemand kwetsen als deze persoon zich laat kwetsen.
En waarvan is dat kwetsen dan afhankelijk? Als ik jou zou zeggen dat je een eekhoorn bent, dan zou je je waarschijnlijk niet gekwetst voelen. Je bent geen eekhoorn en dit associëren de meeste mensen met een lief beestje. Als ik je zou zeggen dat je een slet bent, dan is er meer kans dat je je gekwetst voelt. Nochtans weet je ook dat je geen slet bent. Wat is dan het verschil met eekhoorn? Inderdaad, enkel jouw interpretatie van het woord ‚eekhoorn’ of ‚slet’ zorgt ervoor dat je jezelf laat kwetsen.
Vele mensen echter leven het standpunt dat andere mensen hun kunnen kwetsen of dat ze heel erg moeten oppassen wat ze zeggen om anderen niet te kwetsen. Laat ons dit standpunt A noemen.
Contextueel, volgens de natuurlijke principes, leven wij het standpunt dat niemand je kan kwetsen (zonder dat je dat zelf wil) en ook jij kan niemand kwetsen (zonder dat die persoon zich laat kwetsen). Laat ons dit standpunt B noemen.
Zowel standpunt A als B kan je legitiem leven. De meeste mensen leven standpunt A. Dit is ‚normaal’ in onze maatschappij. Toch hebben beide standpunten andere consequenties. Laat ons eens onderzoeken wat deze zijn.
Je leeft standpunt A: andere mensen kunnen jou kwetsen.
Wat zijn de consequenties?
Als je standpunt A leeft, m.a.w. je bent kwetsbaar door wat iemand anders zegt, wat is dan het gevolg daarvan? Wie heeft dan het stuur van jouw emoties in de hand? Inderdaad, de andere. Als we dit standpunt leven, en de meesten doen het, dan leren we onszelf en ook onze kinderen dat anderen verantwoordelijk zijn voor onze gevoelens. Je geeft het stuur van je leven uit handen.
Wat zijn de voordelen?
Als alles in het leven voor jou is, dan wordt ook elk standpunt geleefd omdat het een voordeel opbrengt. Aangezien zo vele mensen dit standpunt leven zal het waarschijnlijk heel veel voordelen hebben. Laat ons eens kijken.
• Stel dat iemand wat tegen je zegt wat je niet leuk vindt. Wat gebeurt dan als je gekwetst bent? Inderdaad, je wordt emotioneel. Wat is de bedoeling (meestal niet-bewuste bedoeling) van deze emotie? Kijk gewoon eens wat het gevolg ervan is. Je wordt boos of je wordt verdrietig. Waarvoor zijn dit heel handige middelen? Wat wordt de ander daarmee opgelegd? Inderdaad, de andere wordt, zonder dat je het aanspreekt, gedwongen om dit niet meer te zeggen of dit onderwerp niet meer aan te spreken. Zo ken je waarschijnlijk mensen die ‚lange tenen’ hebben, m.a.w. mensen die snel gekwetst zijn. Je weet dat je beter oppast wat je zegt bij deze mensen, ook al bedoel je het heel goed. Samengevat kunnen we zeggen dat we met onze emotie de andere mensen tot iets willen dwingen (daarvoor dienen emoties nu eenmaal ook). Alleen, we willen dat doen zonder het aan te spreken, de mensen zijn verondersteld het vanzelf te weten.
• Je kan m.a.w. zonder het aan te spreken de andere verplichten dat te doen wat jij wil.
• De mensen rondom jou moeten jou troosten en er weer voor zorgen dat jij je goed voelt.
• Je krijgt wel veel aandacht. Je laat toch niemand links liggen die juist gekwetst is. Als je dit doet, ben je harteloos.
• Wat gebeurt als de mensen toch zaken aanspreken die jij niet leuk vindt? Jij bent gekwetst. Als je gekwetst bent door een ander, dan geef je de schuld aan de ander. De ander is schuldig voor jouw gekwetst zijn. Je begeeft je in een slachtofferpositie. Jij bent slachtoffer van de andere die jou kwetst. Je maakt de ander automatisch tot dader, tot de slechtere mens, die zichzelf maar beter verontschuldigt. Ook schuld is een manipulatie middel om de ander te laten doen wat jij wil.
Wat is het nadeel?
Wat is de prijs van standpunt A?
• De belangrijkste prijs die je betaalt is natuurlijk de heel slechte gevoelens. Als je denkt diep gekwetst te zijn, dan voel je je ook diep gekwetst. Je voelt het echt zo aan. Het probleem van standpunt A is dat niet jij verantwoordelijk bent voor die gevoelens maar wel de andere. Je kan met andere woorden er niet zelf voor zorgen dat je gevoelens beter worden. Je bent dus echt afhankelijk van wat de ander doet of zegt voor je je weer beter kan voelen.
• Mensen kunnen niet alles tegen jou zeggen. Dat wat je niet leuk vindt, maar wat jou misschien heel erg zou helpen, kan niemand je zeggen want dan ben je gekwetst.
• Als mensen niet alles tegen jou mogen zeggen, dan weet je dat ze ook niet altijd oprecht de waarheid zeggen. Dit wetende begin je te veronderstellen wat ze misschien wel niet zouden kunnen denken. Je projecteert je eigen veronderstellingen in de gedachten van de ander. De wereld wordt zeer moeilijk want wat zouden de anderen wel niet denken. Zelfs het best bedoelde complimentje komt niet meer aan want jij veronderstelt dat ze waarschijnlijk toch iets anders denken.
• Aansluitend op het voorgaande mis je dus kansen om jezelf te ontwikkelen. Als je gekwetst bent en je geeft de schuld aan de andere, dan kan je nooit iets leren van wat de andere je zegt. Integendeel, om de schuld bij hem te laten moet alles wel onjuist zijn wat gezegd werd. Om dit te bewijzen mag je zeker niets veranderen.
• Je moet zelf ook heel erg oppassen wat je zegt want jij kan de andere kwetsen. En heb je al eens meegemaakt dat je iets zei met de beste intentie, maar de andere was erdoor gekwetst? Je kan het dus inderdaad niet weten. Dit maakt een samenleven heel complex.
Zo kan een werkgever (die standpunt A leeft) op een evaluatie geen vrije feedback geven want hij zou je kunnen kwetsen. Hierdoor loop je steeds verder tegen dezelfde fouten aan.
Intentie
Vooraleer standpunt B nader te onderzoeken wil ik hier een belangrijke onderscheiding maken.
Iemand kan de intentie hebben om jou te kwetsen en iets lelijks zeggen. Dit wil niet zeggen dat hij jou automatisch kan kwetsen, dit ligt in jouw handen. Ook bij jezelf kan je je afvragen met welke intentie je dingen tegen iemand zegt. Zeg je het om hem/haar te helpen of om hem/haar af te breken of belachelijk te maken en zo jezelf belangrijker te maken. Intentie is de drijfveer van alles.
Je leeft standpunt B: andere mensen kunnen jou niet kwetsen.
Als je standpunt B leeft, m.a.w. je weet dat je niet gekwetst kan worden door wat anderen zeggen zonder dat jij jezelf laat kwetsen en je weet dat je ook anderen niet kan kwetsen door wat je zegt, zonder dat zij zichzelf laten kwetsen.
Wat zijn de consequenties?
Wat is het gevolg van standpunt B?
• Wie heeft het stuur van zijn emoties in de hand? Inderdaad, jijzelf. Iedereen is verantwoordelijk voor zijn gevoelens. Nu hoor ik je bijna denken: ‚ja, dan kan ik de hele tijd mensen beledigen en verwijten rondom mij, ze zijn zelf verantwoordelijk voor hun gevoelens’. Ja, dat kan je doen, maar de vraag is of dit functioneert voor een vervulde samenleving. Wat hier bepalend is, is de intentie waarmee je dingen zegt. Als je de hele dag rondloopt met de intentie om mensen te kwetsen dan kan je je afvragen waarom je dit nodig hebt.
• Bij standpunt B ben ik niet gekwetst als iemand mij beledigd. Wat Piet zegt over Paul, zegt meer over Piet dan over Paul. Wat ik wel zal doen is de persoon geïnteresseerd vragen met welke intentie hij dit zegt. Zegt hij dit om me te helpen of om me te beledigen? Als het laatste het geval is kan ik hem heel duidelijk zeggen dat ik zo’n uitspraken niet meer wil. Is het goed bedoeld dan kan ik eventueel zeggen dat ik de manier waarop het gezegd wordt graag anders zie. Ik spreek het m.a.w. aan en doe dat niet met gevoelens.
Wat is het voordeel van dit standpunt?
• Je hebt geen slechte gevoelens die blijven aanhoudenen en hebt die trouwens zelf in de hand.
• Je kan hier misschien nog wat leren van wat de andere jou zegt.
• alle mensen rondom jou zijn vrij om alles aan te spreken. Ook jij spreekt tegenover mensen die je dierbaar zijn alles aan met een positieve intentie. Mensen weten wat ze aan jou hebben.
• Je weet als mensen iets zeggen je niet hoeft te veronderstellen dat ze iets anders denken. Ook dit is heel energie-besparend en duidelijker.
• Als je een bepaald gevoel hebt bij iets wat iemand zegt en je laat jezelf daardoor kwetsen, dan kan je onderzoeken bij jezelf wat jou dit gevoel laat hebben. Welk waarde-oordeel heb je over dit onderwerp. Zo kan je dit gebruiken om jezelf beter te leren kennen, voor je eigen ontwikkeling.
Wat is het nadeel van dit standpunt?
• het nadeel van dit standpunt is dat je je nek uit steekt. Je spreekt de zaken aan in een positieve context maar dit kan slecht geïnterpreteerd worden. Je kan door de andere in de daderpositie worden geduwd en dus heel erg als ‚slechte mens’ worden afgeschilderd. Doch, als je een positieve intentie hebt met de ander, weet je dat je de andere daarmee helpt.
• Het nadeel kan zijn dat mensen jou ook je minder goede zaken mogen aanspreken. Dat kan wel confronterend zijn.
• Als de intentie of de manier waarop iets wordt aangesproken jou niet bevalt, dan heb je het lef om dit aan te spreken. Ook hiermee steek je je nek uit. Je spreekt het echter aan met de vraag dit op een andere manier aan te spreken, zonder de andere te dwingen. Met emoties willen we de anderen dwingen = geen keuze laten
• Het nadeel zou dus ook kunnen zijn dat de anderen een keuze hebben. Maar dit is ook een voordeel want als iedereen een vrije keuze heeft weet je dat ze bij jou zijn uit vrije keuze.
Conclusie: Zowel standpunt A als standpunt B zijn legitiem. Je kan vrij kiezen welk standpunt je wil leven. Ze hebben echter beiden andere consequenties. Het is aan jou om te kiezen hoe jij wilt leven.
Met contextuele coaching volgens Craemer en Craemer weten we dat standpunt B niet de ‚normale’ manier van omgang is maar wel de ‚natuurlijke’. Het is mogelijk om zo te leven en we hechten groot belang aan volledige communicatie. Niets wordt achter gehouden of verondersteld te weten. Het is enorm bevrijdend.
Wil jij toch vasthouden aan standpunt A? Vraag je dan af waarom. Wat zijn de voordelen die je zeker niet wil opgeven.
Interesse of nog vragen? Neem contact met ons op!
In onze trainingen en coachings ontdek je meer dergelijke patronen die jij, en bijna iedereen, toepast zonder te beseffen wat het je kost. Een verandering van standpunt is steeds mogelijk. Het is echter wel de enige manier om andere resultaten te boeken. Neem een kijkje in onze kalender wat jouw volgende stap zal zijn.
Vind je deze tekst waardevol, klik dan op het hartje links boven. Laat ook gerust je commentaar achter hieronder. We horen het graag.
Deel de tekst ook op Facebook, Twitter of Pin.
Contextueel, volgens de natuurlijke principes, leven wij het standpunt dat niemand je kan kwetsen (zonder dat je dat zelf wil) en ook jij kan niemand kwetsen (zonder dat die persoon zich laat kwetsen). Laat ons dit standpunt B noemen.
Zowel standpunt A als B kan je legitiem leven. De meeste mensen leven standpunt A. Dit is ‚normaal’ in onze maatschappij. Toch hebben beide standpunten andere consequenties. Laat ons eens onderzoeken wat deze zijn.
Je leeft standpunt A: andere mensen kunnen jou kwetsen.
Wat zijn de consequenties?
Als je standpunt A leeft, m.a.w. je bent kwetsbaar door wat iemand anders zegt, wat is dan het gevolg daarvan? Wie heeft dan het stuur van jouw emoties in de hand? Inderdaad, de andere. Als we dit standpunt leven, en de meesten doen het, dan leren we onszelf en ook onze kinderen dat anderen verantwoordelijk zijn voor onze gevoelens. Je geeft het stuur van je leven uit handen.
Wat zijn de voordelen?
Als alles in het leven voor jou is, dan wordt ook elk standpunt geleefd omdat het een voordeel opbrengt. Aangezien zo vele mensen dit standpunt leven zal het waarschijnlijk heel veel voordelen hebben. Laat ons eens kijken.
• Stel dat iemand wat tegen je zegt wat je niet leuk vindt. Wat gebeurt dan als je gekwetst bent? Inderdaad, je wordt emotioneel. Wat is de bedoeling (meestal niet-bewuste bedoeling) van deze emotie? Kijk gewoon eens wat het gevolg ervan is. Je wordt boos of je wordt verdrietig. Waarvoor zijn dit heel handige middelen? Wat wordt de ander daarmee opgelegd? Inderdaad, de andere wordt, zonder dat je het aanspreekt, gedwongen om dit niet meer te zeggen of dit onderwerp niet meer aan te spreken. Zo ken je waarschijnlijk mensen die ‚lange tenen’ hebben, m.a.w. mensen die snel gekwetst zijn. Je weet dat je beter oppast wat je zegt bij deze mensen, ook al bedoel je het heel goed. Samengevat kunnen we zeggen dat we met onze emotie de andere mensen tot iets willen dwingen (daarvoor dienen emoties nu eenmaal ook). Alleen, we willen dat doen zonder het aan te spreken, de mensen zijn verondersteld het vanzelf te weten.
• Je kan m.a.w. zonder het aan te spreken de andere verplichten dat te doen wat jij wil.
• De mensen rondom jou moeten jou troosten en er weer voor zorgen dat jij je goed voelt.
• Je krijgt wel veel aandacht. Je laat toch niemand links liggen die juist gekwetst is. Als je dit doet, ben je harteloos.
• Wat gebeurt als de mensen toch zaken aanspreken die jij niet leuk vindt? Jij bent gekwetst. Als je gekwetst bent door een ander, dan geef je de schuld aan de ander. De ander is schuldig voor jouw gekwetst zijn. Je begeeft je in een slachtofferpositie. Jij bent slachtoffer van de andere die jou kwetst. Je maakt de ander automatisch tot dader, tot de slechtere mens, die zichzelf maar beter verontschuldigt. Ook schuld is een manipulatie middel om de ander te laten doen wat jij wil.
Wat is het nadeel?
Wat is de prijs van standpunt A?
• De belangrijkste prijs die je betaalt is natuurlijk de heel slechte gevoelens. Als je denkt diep gekwetst te zijn, dan voel je je ook diep gekwetst. Je voelt het echt zo aan. Het probleem van standpunt A is dat niet jij verantwoordelijk bent voor die gevoelens maar wel de andere. Je kan met andere woorden er niet zelf voor zorgen dat je gevoelens beter worden. Je bent dus echt afhankelijk van wat de ander doet of zegt voor je je weer beter kan voelen.
• Mensen kunnen niet alles tegen jou zeggen. Dat wat je niet leuk vindt, maar wat jou misschien heel erg zou helpen, kan niemand je zeggen want dan ben je gekwetst.
• Als mensen niet alles tegen jou mogen zeggen, dan weet je dat ze ook niet altijd oprecht de waarheid zeggen. Dit wetende begin je te veronderstellen wat ze misschien wel niet zouden kunnen denken. Je projecteert je eigen veronderstellingen in de gedachten van de ander. De wereld wordt zeer moeilijk want wat zouden de anderen wel niet denken. Zelfs het best bedoelde complimentje komt niet meer aan want jij veronderstelt dat ze waarschijnlijk toch iets anders denken.
• Aansluitend op het voorgaande mis je dus kansen om jezelf te ontwikkelen. Als je gekwetst bent en je geeft de schuld aan de andere, dan kan je nooit iets leren van wat de andere je zegt. Integendeel, om de schuld bij hem te laten moet alles wel onjuist zijn wat gezegd werd. Om dit te bewijzen mag je zeker niets veranderen.
• Je moet zelf ook heel erg oppassen wat je zegt want jij kan de andere kwetsen. En heb je al eens meegemaakt dat je iets zei met de beste intentie, maar de andere was erdoor gekwetst? Je kan het dus inderdaad niet weten. Dit maakt een samenleven heel complex.
Zo kan een werkgever (die standpunt A leeft) op een evaluatie geen vrije feedback geven want hij zou je kunnen kwetsen. Hierdoor loop je steeds verder tegen dezelfde fouten aan.
Intentie
Vooraleer standpunt B nader te onderzoeken wil ik hier een belangrijke onderscheiding maken.
Iemand kan de intentie hebben om jou te kwetsen en iets lelijks zeggen. Dit wil niet zeggen dat hij jou automatisch kan kwetsen, dit ligt in jouw handen. Ook bij jezelf kan je je afvragen met welke intentie je dingen tegen iemand zegt. Zeg je het om hem/haar te helpen of om hem/haar af te breken of belachelijk te maken en zo jezelf belangrijker te maken. Intentie is de drijfveer van alles.
Je leeft standpunt B: andere mensen kunnen jou niet kwetsen.
Als je standpunt B leeft, m.a.w. je weet dat je niet gekwetst kan worden door wat anderen zeggen zonder dat jij jezelf laat kwetsen en je weet dat je ook anderen niet kan kwetsen door wat je zegt, zonder dat zij zichzelf laten kwetsen.
Wat zijn de consequenties?
Wat is het gevolg van standpunt B?
• Wie heeft het stuur van zijn emoties in de hand? Inderdaad, jijzelf. Iedereen is verantwoordelijk voor zijn gevoelens. Nu hoor ik je bijna denken: ‚ja, dan kan ik de hele tijd mensen beledigen en verwijten rondom mij, ze zijn zelf verantwoordelijk voor hun gevoelens’. Ja, dat kan je doen, maar de vraag is of dit functioneert voor een vervulde samenleving. Wat hier bepalend is, is de intentie waarmee je dingen zegt. Als je de hele dag rondloopt met de intentie om mensen te kwetsen dan kan je je afvragen waarom je dit nodig hebt.
• Bij standpunt B ben ik niet gekwetst als iemand mij beledigd. Wat Piet zegt over Paul, zegt meer over Piet dan over Paul. Wat ik wel zal doen is de persoon geïnteresseerd vragen met welke intentie hij dit zegt. Zegt hij dit om me te helpen of om me te beledigen? Als het laatste het geval is kan ik hem heel duidelijk zeggen dat ik zo’n uitspraken niet meer wil. Is het goed bedoeld dan kan ik eventueel zeggen dat ik de manier waarop het gezegd wordt graag anders zie. Ik spreek het m.a.w. aan en doe dat niet met gevoelens.
Wat is het voordeel van dit standpunt?
• Je hebt geen slechte gevoelens die blijven aanhoudenen en hebt die trouwens zelf in de hand.
• Je kan hier misschien nog wat leren van wat de andere jou zegt.
• alle mensen rondom jou zijn vrij om alles aan te spreken. Ook jij spreekt tegenover mensen die je dierbaar zijn alles aan met een positieve intentie. Mensen weten wat ze aan jou hebben.
• Je weet als mensen iets zeggen je niet hoeft te veronderstellen dat ze iets anders denken. Ook dit is heel energie-besparend en duidelijker.
• Als je een bepaald gevoel hebt bij iets wat iemand zegt en je laat jezelf daardoor kwetsen, dan kan je onderzoeken bij jezelf wat jou dit gevoel laat hebben. Welk waarde-oordeel heb je over dit onderwerp. Zo kan je dit gebruiken om jezelf beter te leren kennen, voor je eigen ontwikkeling.
Wat is het nadeel van dit standpunt?
• het nadeel van dit standpunt is dat je je nek uit steekt. Je spreekt de zaken aan in een positieve context maar dit kan slecht geïnterpreteerd worden. Je kan door de andere in de daderpositie worden geduwd en dus heel erg als ‚slechte mens’ worden afgeschilderd. Doch, als je een positieve intentie hebt met de ander, weet je dat je de andere daarmee helpt.
• Het nadeel kan zijn dat mensen jou ook je minder goede zaken mogen aanspreken. Dat kan wel confronterend zijn.
• Als de intentie of de manier waarop iets wordt aangesproken jou niet bevalt, dan heb je het lef om dit aan te spreken. Ook hiermee steek je je nek uit. Je spreekt het echter aan met de vraag dit op een andere manier aan te spreken, zonder de andere te dwingen. Met emoties willen we de anderen dwingen = geen keuze laten
• Het nadeel zou dus ook kunnen zijn dat de anderen een keuze hebben. Maar dit is ook een voordeel want als iedereen een vrije keuze heeft weet je dat ze bij jou zijn uit vrije keuze.
Conclusie: Zowel standpunt A als standpunt B zijn legitiem. Je kan vrij kiezen welk standpunt je wil leven. Ze hebben echter beiden andere consequenties. Het is aan jou om te kiezen hoe jij wilt leven.
Met contextuele coaching volgens Craemer en Craemer weten we dat standpunt B niet de ‚normale’ manier van omgang is maar wel de ‚natuurlijke’. Het is mogelijk om zo te leven en we hechten groot belang aan volledige communicatie. Niets wordt achter gehouden of verondersteld te weten. Het is enorm bevrijdend.
Wil jij toch vasthouden aan standpunt A? Vraag je dan af waarom. Wat zijn de voordelen die je zeker niet wil opgeven.
Interesse of nog vragen? Neem contact met ons op!
In onze trainingen en coachings ontdek je meer dergelijke patronen die jij, en bijna iedereen, toepast zonder te beseffen wat het je kost. Een verandering van standpunt is steeds mogelijk. Het is echter wel de enige manier om andere resultaten te boeken. Neem een kijkje in onze kalender wat jouw volgende stap zal zijn.
Vind je deze tekst waardevol, klik dan op het hartje links boven. Laat ook gerust je commentaar achter hieronder. We horen het graag.
Deel de tekst ook op Facebook, Twitter of Pin.